Je distantiëren van jezelf, je relateren tot jezelf en je omgeving en je identificeren met wat je belangrijk vindt zijn de drie grote bewegingen die je kan maken van – en naar jezelf en anderen. Vanuit distantie kan je naar jezelf kijken; je kan vanuit die distantie evenwel je ook relateren oftewel je verhouden tot jezelf en anderen; en tenslotte kan je je identificeren met wie je zelf wilt zijn en kiezen voor richting en voor wat jij van waarde acht. Op dit laatste wordt nader ingegaan in dit hoofdstuk.
Iedereen ervaart permanent drijfveren die hem dan weer deze – en dan weer die kant opdrijven. Ook al duwt een drijfveer je voort, je kan je ook ertoe overgaan om een vrije keuze te maken voor iets anders, voor wat je belangrijk vindt. Een verlangen naar wat je werkelijk wil, naar vrijheid kan je daartoe aanzetten. Je komt dan in een conflict te staan tussen je drijfveren en je waarden. Je bent gesteld voor een dilemma.
Onder een dilemma kan je verstaan de situatie waarin je aarzelt of je zal toegeven aan een drang ergens toe of dat je gaat kiezen voor iets wat je belangrijker vindt.
In het dagelijks leven loopt iedereen voortdurend aan tegen dilemma’s. Dilemma’s kan je ervaren op elk gebied. Bijvoorbeeld, iemand wil net een lekkere snack pakken en opeten, maar bedenkt zich dan dat hij eigenlijk wilde afvallen. Een ander heeft er genoeg van om elke dag met zijn moeder te bellen, maar ziet er nogal tegen op om haar dit duidelijk te maken. Weer een ander voelt zich beledigd door een ander, maar ziet ook dat hij het niet zo bedoelde. Waar zal hij voorrang aan geven, aan zijn gevoel beledigd te zijn of zijn begrip?
Dilemma’s vragen om een keuze: Geef je toe aan een drijfveer of richt je je op wat van waarde is?
———————————————————————————————————————–
Meer lezen?
Deze tekst is afkomstig uit het boek HOE WORD JE WIE JE BENT?
Je kan het bestellen via deze link.